Onze experten volgen de economie en de financiële markten op de voet.
negatieve rente opgelegde inflatie

Een negatieve rente is een opgelegde inflatie!

Bruno Colmant - Voormalig Group Head of Private Banking en extern consultant
Bij een nulrente komt de toekomst dichterbij, want het verstrijken van de tijd wordt niet meer door de rente vergoed. Als de rente negatief wordt, is het alsof de tijd zelf negatief wordt. Door Bruno Colmant.
Het ondenkbare is dan toch denkbaar geworden: wij zitten in een periode van negatieve rente. Die onthutsende situatie begon vorig jaar, toen de ECB een negatieve rente toepaste op de bij haar gedeponeerde bedragen. Een negatieve depositorente betekent dat de privébanken moeten betalen om hun liquide middelen bij de ECB te plaatsen. Het is alsof de ECB die deposito’s zodanig zou beschermen dat er bovenop de vergoeding nog een waarborg moet worden betaald. De ECB zet de banken er op die manier indirect toe aan om hun geldoverschotten aan landen of aan private debiteuren uit te lenen. De ECB kondigde trouwens aan dat die rente nog negatiever zou kunnen worden: er is sprake van een daling tot minder dan 0,30% (een negatieve rente van een derde van een procent).
Die realiteit komt neer op een financiële repressie en een deflatoire situatie. In een situatie van financiële repressie wordt de rente kunstmatig laag gehouden om de last van de overheidsschuld te verlagen. De recessie zet ook de rentevoeten onder druk: er zijn weinig investeringsbehoeften, dus daalt de hoeveelheid ontleend geld en dat doet ook de prijs van het geld, dat is de rente, afnemen. De economie stagneert en de monetaire circuits haperen. De economie zit vast in een ‘liquiditeitsval’. Dat fenomeen is kenmerkend voor periodes waarin consumptie en investeringen onverschillig zijn voor het geldaanbod en voor een extreem lage rente.
Sinds enkele weken geldt de negatieve rente voor een groot deel van de overheidsschuld. De ECB is immers gestart met een gigantisch programma van kwantitatieve versoepeling, waarbij zij geld uitgeeft in ruil voor overheidsobligaties die zij bij de financiële instellingen opkoopt. Die demarche van de ECB doet de koers van die overheidsobligaties stijgen, terwijl die meerprijs automatisch de rente doet dalen. Dat is een belangrijke kentering in het monetaire beleid: terwijl de ECB de private banken aanzette om geen geld bij haar te deponeren maar het aan de reële economie uit te lenen, koopt diezelfde ECB nu die leningen op door middel van geldcreatie.
Als de negatieve rente voor heel de economie zou gelden, dan zou ze de kredietverlening en de consumptie stimuleren en het sparen ontmoedigen, want gelddeposito’s worden afgestraft. Een negatieve rente opleggen kan worden vergeleken met het veroorzaken van een verlies aan koopkracht van het geld, net zoals bij inflatie. Een negatieve rente is een opgelegde inflatie die op haar beurt de inflatie aanwakkert.
Een negatieve rente weerspiegelt trouwens een vreemde situatie. De rente is immers de prijs van de tijd, want aan een segment van de tijd (een dag, een maand, een jaar, …) wordt een percentage van een conventionele waarde toegepast. De rente vertegenwoordigt dus de prijs voor het niet meer bezitten van de tijd. De rente maakt dat de toekomst "nominaal" duurder wordt: bij een rente van 1% staat het bezitten van 1.000 euro vandaag gelijk met het bezitten van 1.010 euro over een jaar. Bij een nulrente komt de toekomst dichterbij, want het verstrijken van de tijd wordt niet meer door de rente vergoed. Als de rente negatief wordt, is het alsof de tijd zelf negatief wordt.
Die situatie biedt niet alleen voordelen: de overheidsschuld wordt verlicht door een lage of zelfs negatieve rente. De rente zet de landen niet meer aan tot discipline, want zij kunnen hun schuld tegen een beperkte kostprijs consolideren. De rente zet ook de beleggers aan tot het nemen van extra risico’s, waardoor ze bijdraagt tot het vormen van zeepbellen voor activa, dat wil zeggen tot een inflatie van aandelen en vastgoed.
De financiële instellingen (banken, verzekeringsmaatschappijen) die hun eigenheid ontlenen aan de transformatie van looptijden krijgen dan weer te maken met een inversie van de waardecreatieketen. Zo bezitten de banken beleggingen die traditioneel een langere looptijd hebben dan de passiva, dat zijn de deposito’s die hen worden toevertrouwd. Dankzij de latente meerwaarden zal een rentedaling aanvankelijk een gunstig effect hebben op de balans, maar dat voordeel zal geleidelijk wegebben. Een te lage rente zal immers de rendabiliteit doen terugvallen, zoals een pomp haar greep op de lucht verliest.
Als besluit kunnen we stellen dat we met een negatieve rente een nieuwe en onbekende wereld betreden. De moeilijkheid zal er ten slotte niet in bestaan om met een negatieve rente te leven, maar om er ons uit te bevrijden. Een bruuske stijging van de rente zou immers een ernstige krimp van de economie kunnen veroorzaken.
Deel het artikel
Meer over:
Gereglementeerd door de Belgische Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en de Nationale Bank van België | Alle rechten voorbehouden 2024, Degroof Petercam