Aandelenmarkten: Chinees risico wordt wereldwijd risico
Zolang de coronavirus-epidemie grotendeels beperkt leek tot China, zetten de aandelenmarkten uit de overige regio’s - na een initiële schrikreactie in januari - hun stijging verder in februari. Op 19 februari registreerden de S&P500 en de Stoxx600 nog nieuwe historische records. Maar tijdens de laatste week van de maand kwam aan het licht dat er zich meer besmettingen buiten China voordeden en dus ook in Europa, waar een uitbraak van het virus werd vastgesteld in Noord-Italië. Beleggers gingen vrezen voor gelijkaardige inperkingsmaatregelen (quarantaine, sluiting van bedrijven, afgelasting van activiteiten, enz.) en voor de mogelijke impact die ze zouden hebben op de industrie en de consumptie. In de laatste week van februari beleefden de wereldwijde aandelenmarkten de slechtste week sinds de financiële crisis met dalingen van meer dan 10%. Op sectoraal vlak was er nauwelijks onderscheid in de koersdalingen, wat de algehele bezorgdheid van de beleggers illustreert. Uitschieters in de negatieve zin waren toerisme en vrije tijd, energie en cyclische waarden. Op geografisch vlak valt op dat de Aziatische emerging aandelen nu beter standhielden nadat ze in januari verder waren achtergebleven. De Japanse beurs heeft niettemin meer terrein verloren dan de andere Aziatische markten. Na een negatief vierde kwartaal als gevolg van de btw-verhoging in oktober, zal de Japanse economie waarschijnlijk in een recessie belanden (twee opeenvolgende kwartalen van negatieve economische groei) door de opkomst van het coronavirus. De inperkingsmaatregelen van eind februari kunnen de economie er nog meer schade berokkenen.